Yoghurt: gecontroleerde fermentatie
Yoghurt is een speciaal type gefermenteerde melk. Wanneer verse koemelk aankomt in de fabriek, wordt ze altijd eerst gepasteuriseerd. Dit gebeurt op gemiddeld 95°C, om slechte bacteriën te doden. Tijdens het fermentatieproces worden aan de melk twee soorten levende melkzuurbacteriën toegevoegd, ‘Lactobacillus bulgaricus’ en ‘Streptococcus thermophilus’ om zo yoghurt te bekomen.
Vervolgens wordt die mengeling gekoeld en op de juiste temperatuur gebracht, zodat de bacteriën zich optimaal kunnen vermenigvuldigen. De lactose - de suiker die van nature aanwezig is in de melk - wordt daarbij gedeeltelijk omgezet in melkzuren. Melkzuur maakt het mogelijk de houdbaarheid te verlengen. Het laat de yoghurt ook toe zijn zure smaak, zijn romige kleur en zijn vast karakter te verkrijgen door middel van coagulatie. Zo ontstaat de vastere structuur van yoghurt.
Na enkele uren wordt de yoghurt afgekoeld om de fermentatie stil te leggen. Dan wordt hij afgevuld in flesjes of potjes. Voor fruityoghurt wordt er eerst nog een fruitbereiding door de yoghurt gemengd.
Wist je dat…..
... je yoghurt idealiter tussen 1 en 6 graden moet bewaren? Anders kan de fermentatie, en dus ook de verzuring, weer op gang komen!
... door de pasteurisatie en de hoge zuurtegraad slechte bacteriën, schimmels en gisten geen kans krijgen? Resultaat: je kan een potje yoghurt gemiddeld tot 35 dagen na de productie bewaren in je koelkast!
- Log in to post comments